
Al na de zomervakantie begint hij er over. Hoe moet dat straks met de Kerst? Met tranen in zijn ogen vertelt hij hoe het eerst was. Naast de zomervakantie was de Kersttijd voor hen beiden het hoogtepunt van het jaar. Samen bezochten ze tuincentra en zij was dagen bezig met het optuigen van de boom en het versieren van het huis. Hij hing de lampjes er wel in en zij deed de rest. Ze kookte graag en vond het fijn om lekkere dingen op tafel te zetten. Ze waren gelukkig samen en hadden niet veel andere mensen nodig. Hun enige zoon en een hechte kleine familiekring, dat was genoeg.
Om nu mensen bij hem uit te nodigen ziet hij niet zitten. Hun zoon woont samen. Kerst bij zijn zoon vieren is een optie maar dan zit daar ook de familie van diens vriendin. Dat voelt nog onwennig, het is net alsof hij zich dan extra alleen voelt. Of zichzelf uitnodigen bij de zus van zijn overleden vrouw en diens gezin? Hier zou hij zich nog het meeste thuis voelen. Maar hoe pakt hij dat aan? En hij wil niemand teleurstellen. Het klinkt of hij nu, maanden van te voren, al moet beslissen hoe hij het zal gaan doen.
‘Ik denk dat ik maar thuis blijf’, zegt hij. ‘dan hoef ik ook niemand teleur te stellen.’ Ik schets een beeld van hoe ik dat voor me zie. Een fijn vooruitzicht? Niet echt. Of er een andere optie is? Moet hij nu al een besluit nemen? Of er maar eens over beginnen dat hij opziet tegen de feestdagen? Dat laatste gaat hij doen en het lost zich van zelf op. Zijn zoon en vriendin gaan mee naar de familie van zijn vrouw, blijven er een nachtje. Hij is zo opgelucht. Hij gaat Kerst vieren met de mensen die ook het dichtste bij zijn vrouw stonden. Dit voelt goed en veilig. Ook als er even emotie is.
In het afgelopen jaar pakte hij zo goed en zo kwaad als het ging de draad op van zijn leven. Het verlies van zijn vrouw hakte er in, zijn leven draaide om haar. ‘Het gaat goed zolang ik maar niet teveel met haar bezig ben’, zegt hij. Hij gaat naar zijn werk, doet boodschappen. Eet niet alleen afhaal- en kant en klaar-maaltijden maar kookt ook vaker voor zichzelf. Hij doet de was en maakt schoon. Allemaal dingen die hij daarvoor niet deed. Samen met zijn zoon kluste hij wat afgelopen zomer. En hij ging op vakantie. Eerst met zijn broer, later vloog hij alleen naar familie in het buitenland. Het viel niet eens tegen.
Hij heeft veel kleine en grote stappen gezet. Hij gaat door. Ik denk aan hem in deze dagen naar de Kerst toe. Een jaar geleden moest hij in deze periode afscheid nemen van haar. Ook hem wens ik van harte goede dagen.
Geef een reactie