ARTIKEL: Wat houdt jou overeind bij verlies?
Wat is er in jou wat je overeind houdt als je in je leven geconfronteerd wordt met onverwachte tegenslag, een grote verandering, ziekte of verlies? Er zijn situaties waarin het leven je uitdaagt. Dan komt het aan op je veerkracht, je vermogen om als het ware mee te veren. Dan komt het aan op je aanpassingsvermogen, optimisme, je vermogen om je emoties te uiten, steun te zoeken in je omgeving. Moeilijke tijden brengen allerlei emoties met zich mee. Stress, angst, verdriet, boosheid, verzet en nog veel meer. Het is al heel wat als je je emoties toe kunt laten, ze onder ogen durft te zien en er niet van wegloopt.
Draagkracht, dat is wat je nodig hebt om verlies te kunnen dragen. Je komt terecht in een stroming, die al kronkelend zijn weg zoekt. Soms ben je in rustig vaarwater, soms onrustig. Je kunt onderweg hindernissen tegenkomen en bochten. Toch is er altijd die bedding die zorgt dat de stroming binnen de oevers blijft. Draagkracht is je bedding. Steun van je omgeving versterkt je draagkracht. Zeker als je die toelaat.
Een moeder die haar dochter verloor nadat ze jarenlang ziek was geweest, zei: ‘Rouwen om je kind is een lange, donkere, eenzame weg die je uiteindelijk alleen moet gaan. Ik heb wel geleerd om daarbij de luiken open te houden! Je hoeft het niet alleen te doen.’
Innerlijke kracht, we hebben het allemaal, daar ben ik van overtuigd. Misschien ben je je daar niet eens van bewust. Als alles zijn gewone gangetje gaat, heb je het ook niet zo nodig. Dat verandert als er iets ingrijpends in je leven gebeurt.
Ik maak weleens de vergelijking met een duikelaar. Zo’n speelgoedpoppetje waar je lekker een zwiep aan kunt geven. De duikelaar gaat van links naar rechts maar komt langzaam maar zeker weer rechtop. Er zit een loodje onderin wat zorgt dat hij niet omver gaat.
Je kunt door een heftige gebeurtenis flink ‘uit het lood geslagen zijn’. Het gevoel hebben uit je evenwicht te zijn, heen en weer geslingerd te worden. Je hebt een flinke opdonder gekregen. Er kunnen goede dagen zijn, ook dagen dat het helemaal niet gaat. Het gaat met vallen en opstaan. En toch is er in ieder mens dat ‘loodje’.
(beeld van keramiste Tanja Bukman)
In een begeleidingstraject komt er altijd een moment dat ik vraag: ‘Wat maakt dat jij ondanks alles dit verlies kunt dragen? Dat je elke morgen opstaat, jezelf bij elkaar raapt, je aankleedt en jezelf verzorgt? Boodschappen doet, kookt en eet?’
Voor de een is het genoeg om het ter sprake te brengen. Er is meteen herkennen, een innerlijk weten en voelen. Voor een ander is het zoeken. Het contact met de innerlijke kracht kan tijdelijk verstoord zijn. Het is er wel maar je voelt het niet. Dan is er werk aan de winkel.
Wat hielp je bij eerdere verliezen? Hoe ging je in eerdere situaties om met tegenslag?
We gaan op zoek naar innerlijke hulpbronnen. Kwaliteiten die voor jezelf heel vanzelfsprekend kunnen zijn, maar helpen in tijd van nood. Zoals doorzettingsvermogen. Of gevoel voor humor, optimisme, creativiteit, relativeringsvermogen. Het vermogen om emoties met anderen te kunnen delen. Vermogen tot dankbaarheid. Vermogen om lief te hebben. Het vermogen om met twee liefdevolle armen dit verlies te dragen.
Veerkracht ontstaat
alleen als je erop durft
te vertrouwen dat je hart
je er doorheen zal slepen.
Wat houdt jou overeind?