Van rouwen word je moe
In ons ‘normale’ leven kunnen we inschatten hoeveel energie we hebben om ons werk te doen, voor taken in het privéleven zoals zorg voor huishouden en eventuele kinderen of zorg voor anderen, energie en tijd voor sociale contacten, energie voor andere dingen misschien.
In een tijd van rouw is het moeilijker om zicht te hebben op de hoeveelheid energie die je hebt voor een hele dag. Rouwen maakt moe en vraagt meer energie dan je denkt.
In een kennismakingsgesprek zeg ik: ‘Zoals koorts een symptoom is van griep, zo is vermoeidheid een symptoom van rouw.’
‘Goed om te horen dat het normaal is, zo moe zijn. Dan betekent het tenminste niet dat er iets ernstigs met me aan de hand is.’ krijg ik als reactie.
Hij is op leeftijd en heeft nog niet zo lang geleden plotseling zijn vrouw verloren. Nu probeert hij zo goed en zo kwaad als hij kan, alles zelf te doen. Koken, boodschappen, wassen. Het valt niet mee. Bovendien is hij moe. Hij geeft er maar aan toe en gaat s’ middags gewoon maar slapen. Ook s ’nachts slaapt hij lang.
Ze verloor haar kind door zelfdoding en is nu anderhalf jaar verder. Ze wil graag verder, daar ligt het niet aan. ‘Het voelt alsof ik tot mijn heupen in de modder sta. Ik wil wel vooruit maar het kost me heel veel energie.’ De andere vrouwen die in het begin van het jaar deelnamen aan de workshops ‘Verder na het verlies van je kind’ beaamden het volmondig. Ook zij herkenden het intense moe zijn.
Ze werkt als verpleegkundige in het ziekenhuis. ‘Als ik op mijn werk ben, gaat het meestal wel goed. s’Morgens moet ik wat op gang komen maar dan lukt het wel. Zo gauw ik in de auto stap naar huis, merk ik dat ik helemaal leegloop. Ineens is daar ook het verdriet weer. Hoe vaak ik niet huilend in de auto zit.’ Blijkbaar kost het werk meer energie dan ze eigenlijk verwacht. En ze wil zo graag weer gewoon verder kunnen.
Wat maakt zo moe?
Er gebeurt van alles vanbinnen. In je hoofd ben je voortdurend bezig met degene die er niet meer is. Carolyn is 48 als ze hart man verliest aan een hartinfarct. In de documentaire ‘Kijken in de ziel’ zegt ze: ‘Het lijkt een omgekeerde verliefdheid. Veel meer dan normaal ben ik nu bezig met mijn man.’
Vaak hoor ik van nabestaanden: ‘De film van wat er is gebeurd komt telkens weer voorbij.’
Anderen worstelen met vragen als waarom, waarom hij of zij, wat had ik anders kunnen doen? Wat als?
Mensen omschrijven die drukte in het hoofd als: druk in het denken, een warboel in mijn hoofd, het is mistig in mijn hoofd, onrust in mijn denken, piekeren.
Ook in de gevoelswereld is voortdurende activiteit.
‘Ook al ga ik helemaal op in mijn werk, toch weet ik dat daarbinnen iets is wat altijd pijn doet’, zegt de jonge vrouw die haar vader plotseling verloor. Net als fysieke pijn kost emotionele pijn energie.
‘Ik voel me soms schuldig omdat ik voor mijn tweede kindje niet de moeder kan zijn die ik was voor de oudste, toen hij baby was’, zegt de vrouw die twee weken nadat haar kindje werd geboren afscheid van haar vader moest nemen. Ze wil graag dat alles gewoon doorgaat maar de emoties zitten hoog. Ook is ze sneller dan anders geïrriteerd.
Er is missen, verlangen, pijn omdat dood zo onherroepelijk is.
Verdriet omdat alles gegaan is zoals het is gegaan.
Ons lichaam reageert op ons denken en voelen. Denken, voelen, ons lijf: het hoort allemaal bij elkaar. Veel mensen krijgen in een periode van rouw fysieke klachten.
Hoe ga je om met die vermoeidheid?
Meebewegen op de stroom, lees ik ergens. Niet méér willen doen dan kan. Genieten van een goede dag en op een mindere dag het met minder doen.
Leg vooral de lat niet te hoog voor jezelf. Zeg geen dingen toe als je twijfelt. Zeg eerder: ’Ik zal kijken wat voor dag ik heb.’
Kijk of je je dag zo kunt indelen dat er in ieder geval ergens loze tijd is. Tijd helemaal voor jezelf. Als je zin hebt om lekker op de bank te hangen, geef daar dan gerust aan toe. Wil je naar buiten, zomaar even het bos in, werken in je tuin, realiseer je dan dat je daar altijd van opknapt.
Als je merkt dat je moe wordt, stop dan met wat je doet. Rust uit.